Zaaien, Kweken, kiemen en planten.

 

Laten we die groene vingers aan het werk zetten! Hier is een uitgebreide handleiding voor het zaaien en kweken van groenten en fruit in de moestuin. In de bibliotheek vindt je een uitgebreidere handleiding per soort groenten en fruit.

Moestuin Boeken.

 

Groenten Zaaien:

Stap 1: Planning en voorbereiding

Kies de juiste locatie:

Zoek een zonnige plek in je tuin met minimaal 6-8 uur direct zonlicht per dag.

Maak de grond klaar:

Verwijder onkruid en graaf de grond om. Voeg compost of mest toe voor oplossing.

 

Stap 2: Kies de juiste zaden

Selecteer kwaliteitszaden:

Koop zaden van betrouwbare bronnen. Kijk op de verpakking voor informatie over plantdiepte en afstand.

Bepaal het juiste moment:

Bekijk de zaai-instructies op de verpakking of maak gebruik van de bibliotheek om het beste moment te bepalen.

Je kan ook een zaaikalender app downloaden.

 

Stap 3: Zaaien binnen (optioneel)

Gebruik zaaitrays en zaaipotten en vul deze met zaai en stekgrond. Zaai en stekgrond is een ideale mix die er voor zorgt dat de plantjes zich goed kunnen ontwikkelen. Zaai de zaden in grond en houd je aan de richtlijnen van de verpakking. Als je het niet meer weet gebruik ik de volgende regel, hanteer twee keer de lengte van het zaadje om de diepte te bepalen. Plaats de zaaitrays op een warme en lichte locatie, bijvoorbeeld bij een raam.

Houd de grond vochtig en gebruik hiervoor een plantenspuit om de grond nat te maken.

 

Stap 4: Zaaien buiten of onder glas

Zaaien in de grond:

Het direct zaaien in de volle grond doe je op regels of zaai bedden. Maak een geul van de juiste diepte dat is vaak 1 cm en maak de geul 3 cm breed. Houd de juiste afstand aan tussen de regels, dit staat vaak op de achterkant van de verpakking. Maak de geul nu nat door er met de gieter water over te verspreiden. Nu de geul nat is blijven de zaadjes meteen liggen. Zaai de zaden vervolgens zoals de instructies op de verpakking.  Dun de zaailingen uit indien nodig.  Verplaats de uit gehaalde zaailingen naar een andere plek in je tuin of geef ze weg. Je hoeft ze niet weg te doen. Houd het zaaibed vochtig tot de eerste plantjes boven komen. Daarna de plantjes niet te veel meer verwennen.

 

Zaaien met zaaitunnels: Voor warmte minnende planten kun je overwegen om met behulp van zaaitunnels te zaaien. Als je gebruik maakt van zaai tunnels, kan je dan over je gezaaide groenten heen plaatsen. Nadat je ze gezaaid hebt zoals boven omschreven. Het zorgt er voor dat de grond waar de tunnel staat sneller en langer warm blijft en dat is weer goed voor de plantjes. En het beschermt ook tegen vogels en insecten zoals wortelvliegen

 

Zaaien met een koude bak: Een koude zaaibak is eigenlijk een platte kas met een deksel die open en dicht kan en die heb je in verschillende maten.  Maak het stukje grond, waar je de bak wil gaan zetten gereed met bemeste tuinaarde en meng deze door de grond. Plaats de koude zaaibak op de grond en je kan meteen beginnen. Houd in het vroege voor jaar de deksel nog even dicht zodat de bak lekker warm kan worden. Als je zaailingen wat groter zijn doe je de bak overdag open en avonds dicht en op deze manier hard je de plantjes meteen af. In je bak kan je ook zaaien met zaaitrays en zaaipotten dit geeft je plantje een voor sprong. Je kan ook rechtstreeks in de grond zaaien of beide combineren. Volg de instructies op de verpakking als je gaat zaaien. Vaak staat er op de achterkant wanneer je kan zaaien onder glas of direct buiten.

 

Stap 5: Afharden van jonge planten

Het afharden van moestuinplantjes is een essentiële stap om ze voor te bereiden op de overgang van een beschermde binnenomgeving naar de vaak wisselende omstandigheden buiten. Door deze geleidelijke overgang krijgen de planten de kans om zich aan te passen aan factoren zoals zonlicht, wind en temperatuurverschillen. Hier is een stapsgewijze handleiding om succesvol moestuinplantjes af te harden:

Benodigdheden:

Moestuinplantjes: Zaailingen die groot genoeg zijn om buiten geplant te worden.
Water: Houd de planten goed gehydrateerd tijdens het afharden.
Schaduwdoek: Voor bescherming tegen intense zon.
Ventilator: Om wind te simuleren en de planten te versterken.
Tijd en Geduld: Het afharden is een geleidelijk proces.

Stappen:

Begin op een zachte dag:
Start het afhardingsproces op een dag met milde temperaturen en weinig wind. Dit biedt de planten een zachte overgang.

Kies het juiste tijdstip van de dag:
Begin met het buiten zetten van de planten gedurende een paar uur in de ochtend of avond wanneer de zon minder intens is.

Verleng de blootstellingstijd:
Elke dag verhoog je de tijd dat de planten buiten doorbrengen. Begin met 1-2 uur en voer dit geleidelijk op tot een volledige dag.

Voer schaduw in:
Wanneer de planten gewend zijn aan enkele uren zonlicht, introduceer dan schaduwperiodes om ze te beschermen tegen de intense middagzon.

Controleer de weersvoorspelling:
Let op de weersverwachting en vermijd dagen met extreme omstandigheden zoals zware regen, sterke wind of ongewoon koude temperaturen.

Controleer op tekenen van stress:
Houd de planten nauwlettend in de gaten op tekenen van stress, zoals verwelking of verkleuring van bladeren. Pas het afhardingsschema indien nodig aan.

Planten in de grond zetten:
Nadat de planten goed zijn afgehard, plant je ze in de moestuin. Let op dat de bodemtemperatuur geschikt is voor de specifieke gewassen.

Blijf de eerste dagen beschermen:
Zelfs nadat de planten in de grond zijn gezet, bied wat bescherming.

Blijf monitoren:
Blijf de planten na het planten nauwlettend volgen. Houd rekening met hun behoeften wat betreft water, voeding en bescherming.

Volg deze handleiding zorgvuldig en je zult sterke, gezonde planten kweken die goed zijn aangepast aan de buitenomgeving.

Fruit planten:


Handleiding voor het Kweken van Fruit in je Moestuin

Het kweken van fruit in je moestuin kan een bevredigende en smakelijke ervaring zijn. Hier is een stapsgewijze handleiding om je te helpen bij het succesvol kweken van verschillende soorten fruit in je eigen tuin.

 

Stap 1: Kies de juiste fruitsoorten

Begin met het kiezen van fruitsoorten die goed gedijen in jouw klimaat en bodemtype. Populaire keuzes zijn aardbeien, bessen, appels, peren, kersen en perziken.

 

Stap 2: Locatie en Bodemvoorbereiding

Selecteer een zonnige locatie voor je fruitbomen of -struiken, omdat de meeste fruitgewassen veel zonlicht nodig hebben. Zorg voor goed doorlatende grond.
Verbeter de bodemstructuur door compost toe te voegen om de voedingswaarde van de grond te verhogen.

 

Stap 3: Aankoop van Fruitplanten

Koop gezonde fruitplanten bij een tuincentrum of kwekerij. Zorg ervoor dat je de juiste variëteiten kiest voor jouw klimaatzone.

 

Stap 4: Planten van Fruitbomen of -struiken

Graaf een gat dat groot genoeg is voor de wortels van de fruitplant.
Voeg compost toe aan het planten gat en plaats de plant op de juiste diepte.
Vul het gat met aarde en bewater de plant goed.

 

Stap 5: Water geven

Fruitplanten hebben regelmatig water nodig, vooral tijdens droge periodes. Zorg ervoor dat de grond gelijkmatig vochtig blijft.

 

Stap 6: Bemesting

Geef je fruitplanten regelmatig meststoffen om de groei en vruchtvorming te bevorderen. Volg de aanbevelingen op de meststofverpakking.

 

Stap 7: Snoeien en Onderhoud

Snoei je fruitbomen of struiken in de herfst om de vorm te behouden en de luchtcirculatie te verbeteren. Verwijder dode of beschadigde takken.
Controleer regelmatig op ziekten en plagen en neem indien nodig passende maatregelen.

 

Stap 8: Oogsten

Houd de rijpheidstijd van je fruit in de gaten en oogst op het juiste moment. Vers fruit smaakt het beste en heeft de meeste voedingsstoffen op het hoogtepunt van rijpheid.

 

Stap 9: Bewaring

Bewaar geoogst fruit op een koele, donkere plaats of volg de specifieke opslaginstructies voor elk type fruit.
Door deze stappen te volgen, kun je genieten van heerlijk vers fruit uit je eigen moestuin. Onthoud dat geduld en zorgvuldige aandacht de sleutel zijn tot een succesvolle fruitteelt.

 

Deel 1.

Voorzaaien/ voorkiemen: Voorbeeld.

Voorkiemen met kapucijners in de moestuin is een goede manier om een vroege start te maken met het kweken van deze peulvruchten. Hier is een korte handleiding voor het voorkiemen van kapucijners:

Benodigdheden:

Kapucijnerzaden
Zaadkiemen of zaadpotjes
Potgrond of zaai- en stekgrond
Een zonnige vensterbank of kweeklamp
Waternevelspray
Plasticfolie of een propagator (optioneel)
Stappen:

1. Kies de juiste zaden:
Zorg ervoor dat je verse, hoogwaardige kapucijnerzaden hebt. Controleer de houdbaarheidsdatum op de verpakking.

2. Selecteer de kiemmethode:
Je kunt kapucijners rechtstreeks in de grond zaaien, maar voorkiemen kan een snellere en betrouwbaardere manier zijn om een goede kieming te garanderen.

3. Voorbereiding van zaadkiemen of zaai- en stekgrond:
Vul zaadkiemen of zaai- en stekgrond in kleine potjes of kweekbakjes. Zorg ervoor dat de grond goed vochtig is.

4. Zaai de kapucijners:
Plaats één zaadje per potje op een diepte van ongeveer 2-3 centimeter. Bedek het zaadje met aarde en druk lichtjes aan.

5. Plaats de potjes:
Zet de potjes op een zonnige vensterbank of onder een kweeklamp. Kapucijners hebben minimaal 6 uur direct zonlicht per dag nodig.

6. Regelmatig water geven:
Houd de grond vochtig door regelmatig water te geven. Gebruik een waternevelspray om te voorkomen dat de zaden wegspoelen.

7. Bescherming met plasticfolie (optioneel):
Als je ervoor kiest om plasticfolie te gebruiken, bedek dan de potjes ermee om een vochtige omgeving te creëren. Verwijder de folie zodra de zaailingen opkomen.

8. Zaailingen versterken:
Zodra de zaailingen enkele centimeters hoog zijn en minstens twee echte bladeren hebben, kunnen ze buiten worden uitgeplant. Harden de zaailingen eerst af door ze geleidelijk aan buiten te zetten voordat je ze permanent in de moestuin plaatst.

9. Uitplanten in de moestuin:
Plant de voorgekiemde kapucijners in de moestuin op een zonnige, goed doorlatende locatie. Zorg voor voldoende ruimte tussen de planten.

Volg deze stappen en je hebt een goede kans op gezonde kapucijnerplanten die snel groeien en een overvloedige oogst opleveren.

 

Deel 2.

Voorzaaien/ voorkiemen: Voorbeeld.

Voorkiemen met bonen in de moestuin is een handige techniek om de groeiperiode te versnellen en een gezonde start voor de planten te bevorderen. Hier is een korte handleiding:

Benodigdheden:

  1. Bonenzaden
  2. Keukenpapier of katoenen doek
  3. Afsluitbare bak
  4. Water
  5. Warme en donkere ruimte

Stappen:

1. Kies de bonenvariëteit:

Kies een bonensoort die geschikt is voor jouw klimaat en groeiseizoen. Bonen zijn er in verschillende soorten, waaronder sperziebonen, pronkbonen, en tuinbonen.

2. Selecteer gezonde zaden:

Kies gezonde, onbeschadigde bonenzaden van goede kwaliteit. Controleer op beschadigingen of tekenen van ziekten.

3. Bevochtig het keukenpapier:

Maak het keukenpapier vochtig, maar niet doorweekt. Leg het vochtige papier op een vlakke ondergrond.

4. Plaats de bonenzaden:

Leg de bonenzaden op het vochtige keukenpapier en laat voldoende ruimte tussen de zaden. Vouw het papier voorzichtig dubbel zodat de zaden tussen het vochtige papier liggen.

5. Plaats in een plastic zakje of container:

Plaats het gevouwen keukenpapier met de bonenzaden in een afsluitbare bak. Sluit het bakje goed af.

6. Creëer een vochtige omgeving:

Zorg ervoor dat de omgeving vochtig blijft, maar vermijd overmatig water geven. Plaats het bakje op een warme en donkere plaats, zoals bovenop de koelkast of in een kast.

7. Controleer regelmatig:

Controleer dagelijks op kieming. Zodra de bonenzaden kiemen en de worteltjes zich beginnen te ontwikkelen, zijn ze klaar om in de moestuin te worden geplant.

8. Plant de voor-gekiemde bonen in de moestuin:

Plant de bonen in de moestuin wanneer de kiemen ongeveer 2 tot 3 centimeter lang zijn. Zorg ervoor dat de bodem goed voorbereid is met compost en dat er voldoende ruimte tussen de bonenplanten is.

Door bonen voor te kiemen, geef je ze een voorsprong en bevorder je een gezonde groei in de moestuin. Veel succes!